Tussentijd

 

Het wordt een oranje bosje tulpen voor bij de koffie. Ik heb een sterk gevoel dat ik haar deze kleur moet geven. Ik hou zelf ook veel van oranje de laatste tijd, bedenk ik me. Een paar jaar geleden heb ik een kleuren analyse gedaan, maar ik weet niet meer precies waar oranje voor staat. Ik google ter plekke in de winkel, terwijl de twee bosjes vakkundig tot één mooi bosje worden geschikt.

Een flinke lijst met zelfstandige naamwoorden verschijnt in mijn telefoonschermpje:

Enthousiasme, fascinatie, geluk, creativiteit, vastberadenheid, aantrekkingskracht, stimulatie. Klopt als een bus.

 “lichtelijk” chaotisch

We appen regelmatig en af en toe ga ik op de koffie. Meestal nog voor de koffie, (en soms heb ik zelfs mijn jas nog aan) zijn we al verwikkeld in een geanimeerd gesprek. Beide zijn we vol van hetgeen we willen delen, nieuwsgierig naar de inzichten van de ander, maar ook beiden bang om juist datgene dat we zo graag willen vertellen tíj́dens het gesprek alweer te vergeten. Twee “lichtelijk” chaotische creatieve geesten. Twee watervallen van Schaffhausen zijn beter te volgen voor een buitenstaander. We hebben veel overeenkomsten hoe we in het leven (willen) staan. En deze herkenbaarheid geeft meteen weer een extra impuls om nóg meer te willen vertellen, waardoor alles nóg chaotischer wordt. Deze keer is het niet anders. Haar man trekt zich lachend terug met de woorden: “Lekker rustig boven, veel plezier jullie”.

“Hoe gaat het met je? Vraag ik, terwijl ik met haar meeloop naar de keuken als ze koffie gaat zetten. Sinds ze die vreselijke diagnose heeft gekregen, is dit een vraag die onherroepelijk aan de oppervlakte ligt. Een kort antwoord over de stand van zaken; In eerste instantie leek het over enkele weken te gaan, maar na een paar onderzoeken blijkt ze toch meer tijd te krijgen. Deze tijd geeft veel verdrietige, maar ook nieuwe en mooie inzichten en ideeën.  Het lijkt soms dat waar haar gewicht afneemt de kunstenares in haar voller wordt. Ik zit in een tussentijd zegt ze. Ik laat het even bezinken. Tussentijd. Ja.

Rondgalopperen op mijn witte Pegasus

“Hoe was Terschelling?” Vraagt ze en ik begin enthousiast te vertellen over mijn lange schrijfweekend. Blijkbaar wordt het gespreksonderwerp kanker voor nu even geparkeerd. Terschelling is voor haar ook bekend terrein en ik merk dat ze het heerlijk vindt dat ik daar ook zo veel rust en inspiratie vandaan haal.

Ik vertel haar over twee songs waar ik aan werk. Hier heb ik op gewacht. Ik wil zo graag weten wat ze ervan vindt. Een paar maanden geleden schoot de stelling door me heen die begon met “wat als ik dood ben en ik kan toch nog….?”  Mogelijkheden genoeg;

Even terug naar de aarde om hoi te zeggen. Lekker eten zonder aan te komen. Heel, heel goed zingen en fluit spelen. Ruzie maken vanaf mijn wolk met iemand die op een andere wolk zit. Lekker rond galopperen op mijn witte Pegasus. Een theater bouwen van wolken….Ik kon nog wel even doorgaan.

Het idee van duivenpost vanuit de hemel sprak uiteindelijk zo tot de verbeelding dat ik er een lied over ging schrijven. Wat nou als ik een brief kon schrijven. Een tastbare brief met inkt uit de hemel. Een brief die mijn lief, mijn kinderen, of vrienden ook kunnen aanraken en bewaren.

Nooit meer zomaar duiven

Een ouderwetse brief met een nog ouderwetsere bezorging. Wat als je zo’n brief krijgt?  Een soort verliefd nostalgisch gevoel overviel me bij het schrijven, gevolgd door de sfeer en de melodie. Het woord nostalgie komt regelmatig voor in onze gesprekken en we kunnen er vanuit hier heerlijk lang op verder borduren. En dat gaan we zeker nog wat uurtjes  doen.

De laatste dagen veranderde mijn gevoel bij dit nieuwe lied.

De wetenschap dat ik haar straks vreselijk ga missen. Haar energie, inspiratie in woord en beeld. Ik hoop later ook stiekem op een brief van haar. Duiven zullen nooit meer zomaar duiven zijn.

Maar we zijn nog samen hier, we kunnen nog praten en filosoferen over woorden, beelden en muziek. Ondertussen word ik mij steeds bewuster van mijn eigen kwetsbare, maar kleurrijke tussentijd, maar mag ik nog even meeliften in die van haar.

En ik neem het ervan.